Over o.a. 't ongedefinieerde woordje "waarheidsvinding" of het gebrek eraan:

N.a.v. ‘Vechtscheidingen’ op  http://demonitor.ncrv.nl/vechtscheidingen :

 

Op onderstaande artikelen*  maak ik even een samenvatting vooraf:

 

De twijfels over (het ongedefinieerde woordje) waarheidsvinding...

Een gezinsvoogd herhaalt dat ze er niet aan doet. Èn niet laat diagnosticeren...

De ene advocaat:

Een advocaat merkt op dat de jeugdzorg inclusief de jeugdrechters gedomineerd worden door vrouwen, en dat een reden kan zijn dat kinderen vaak zonder degelijke meting (diagnose) toegekend worden aan moeders. De meerderheid van mannen, vaders, delven het onderspit.

Er wordt opgemerkt dat er niet aan (diagnostische) waarheidsvinding wordt gedaan. En dat kennen we uit artikelen van  oud-advocaat Peter Prinsen   en op  https://jeugdbescherming.jimdo.com/kwaliteit/open-brief-aan-tweede-kamerleden/ .

Er wordt vaak zelfs niet eens de beide kanten gehoord voordat er een meningsoordeel wordt geveld.

De jeugdrechters nemen niet-diagnostisch-onderbouwde rapportages van de jeugdzorgwerkers serieus zonder check of verder onderzoek (wat wel kan met   artikel 810a Rv ).

Toch wordt dan een ingrijpende beslissing genomen, onbegrijpelijk, omdat dit tot schade aan de psyche van het kind kan leiden.

 De gezinsvoogd:

Een gewezen gezinsvoogd  voelt zich tussen twee vuren. Vaak heeft de vrijwillige jeugdhulp de ouders niet de juiste voorlichting gegeven, en die kent de gezinsvoogdij evenmin. De ouderschappelijke houding is door de onbegeleide scheiding uit de hand gelopen.

Volgens de gezinsvoogd spelen twee zaken een belangrijke rol in een hoog opgelopen conflictscheiding;  “Bewijsdrang is het eerste probleem.   Wie is de beste ouder?    Zowel moeder als vader doen er alles aan om aan mij te laten zien dat ze de beste ouder zijn, maar vooral ook waarom de andere ouder niet goed voor het kind kan zorgen. Het tweede probleem dat meestal speelt is wraak.  Jij hebt mij pijn gedaan dus nu ga ik jou pijn doen.”

> De gezinsvoogd zegt – opmerkelijk – niets over het feit dat het voor een kind níét gaat om de “beste ouder”; het wenst twee ouders die de sfeer niet belasten.    Men kan de ouders de wind uit de zijlen nemen om ze juist voor te lichten dat het niet om materie gaat doch om het kind en diens gevoelens en ontwikkeling in een verwarrende situatie na scheiding, waar twee vuren mogelijk zijn, die deze sfeer bedreigen. Wraak is materieel, waar het de ouders duidelijk is gemaakt dat het kind niet als wapen mag worden gebruikt, want daar staat (met overtreding van BW1:247) een sanctie op (BW1:266 in  https://jeugdbescherming.jimdo.com/tips-en-andere-brieven/wetgeving-en-regels/).    Een deskundige zou deze onderwerpen zo de kop kunnen indrukken; het kind centraal stellend met twee ouders die zoals elk mens anders zijn.

 

Op de vraag of het mogelijk is om in deze situatie aan waarheidsvinding te doen, antwoordt ze stellig. “Nee, ik doe niet aan waarheidsvinding en dat is niet mogelijk. Ik ben nergens bij geweest dus ik weet niet of dat wat uit de mond van een moeder komt de waarheid is of andersom. Ik moet als gezinsvoogd ook niet mijn tijd en energie besteden aan het zoeken naar een waarheid die er misschien ook helemaal niet is. Ik moet er zijn voor het kind en de belangen van het kind goed in de gaten houden.”   > De gezinsvoogdij doet keihard niet aan (diagnostieke) waarheidsvinding, meet geen feiten tegenover beweringen, en dat zou de gezinsvoogdij juist moeten uitbesteden aan een specialist die open voorlicht èn diagnosticeert.

Een gezinsvoogd is ook geen specialist om zo met kinderen te praten dat de invloed van een omgangssaboterende ouder of aanpassend schijngedrag herkend wordt, al zegt de gezinsvoogd dat ze het kan. De gezinsvoogd meldt dat ze met de kinderen tekent, wat bewezen een foute conclusie kan geven (Bolderkar-affaire).   Ook leidt al dat gepraat met het kind over maanden verspreid tot een maandenlang niets doen aan voorlichting aan ouders over wat het kind voelen kan.   Het ìs niet deskundig.   Er wordt te vaak over geklaagd, en dat zou een signaal moeten zijn.

We zien dat de gezinsvoogdij vaak mogelijk valse aangiftes gewoon gebruikt om een beslissing te verstrekken aan de jeugdrechter. Beweringen over narcisme of borderline (n.a.o.) worden  niet open diagnostisch   bij beide ouders onderzocht, in het kader van gelijke monniken gelijke kappen.

 

            De onzin over dat omgangsregelingen niet werken worden niet opgelost. Dat kan wel door ouders te wijzen, ná de voorlichting over wat ze hun kind kùnnen aandoen, dat slecht ouderschap kan leiden tot beëindiging gezag, zoals   LJN AS6020,   als mogelijk tijdelijke maatregel om het kind wel in eigen vertrouwde omgeving op te laten groeien, waar vader wel toegang heeft tot het kind en de informatie, en de moeder die omgangssaboterend was een stok achter de deur kreeg aan pedagogie te doen, de veroordelende signalen over de andere ouder weghouden van het kind en de ongenoegens jegens haar ex elders, bij een psycholoog, te verwerken. 

Omgangsregelingen moeten gesanctioneerd worden in uitleggende voorlichting, omdat ouders dienen te voldoen aan BW1:247. Ouders moeten dan een mentale keuze maken, en dat zou het werk voor een voorlichting verstrekkende gezinsvoogd aanzienlijk verlichten.

 Het kind:

             Een opgegroeid kind,* nu 51 jaar, stelt voor dat strijdende ouders – voor zichzelf strijdend – zolang uit hun gezag gezet moeten worden.  Dat komt overeen met de reeds genoemde precedente uitspraak van een koppel raadsheren:   LJN AS6020.

Ouders (zouden) moeten worden voorgelicht {ÒF ze moeten deze zèlf zoeken als actieve, betrokken ouders}.   En dàn een keuze maken in hun denken, voelen en pedagogisch voorleven, dat uitwerkt in hun ouderschappelijke representatie, hun opvoedhouding en organisatie, verbaal en non-verbaal.

Het voorstel  dat kinderen een eigen advocaat zouden moeten krijgen, komt overeen bij het aanstellen van een Bijzonder Curator (B.C.), ìndien deze deskundig is in de ontwikkelings­psychologie en orthopedagogie, want hij moet ook de ouders die voorlichting kunnen geven.   Enkel een jurist als B.C. is ondoelmatig, omdat die dan de polariserende gezinsvoogd moet napraten.

Villa Pinedo (http://www.villapinedo.nl/open-brief-aan-alle-gescheiden-ouders/ e.d.) kan ook aan ouders inlevende, inzicht-verhelderende  informatie geven, nu de gezinsvoogdij laks is  (http://www.villapinedo.nl/ouders/#ontdek , maar ook   https://www.augeo.nl/nl-nl/augeo-jongeren/trainingen/echtscheiding/).   

 Een advocaat:

            Volgens een advocaat werkt een verplichte omgangsregeling niet. Uiteraard niet waar het gesaboteerd kan worden zonder sanctionering en een te slappen, ondeskundige omgangs-gezinsvoogdij. Het advies van het ‘kind’ is verre van gek, en de rechters (in  LJN AS6020 ) hebben al een voorbeeld gegeven. Ik heb de politiek reeds tijden terug er al op gewezen. Wat goed is wordt sporadisch geïmplementeerd in het jeugdzorgbeleid Ook de bevindingen van wetenschappers zoals U. Gresser en/of J.J. Doyle worden nog niet gezien in besluit-vorming.

Het idee van standaard uitgaan van fiftyfifty maakt dat alternatieven mogelijk zijn door overleg; bij dwarsliggen wint men minder makkelijk en loopt men in de gaten, en dat is onhandig waar er ‘jeugdzorg’ bestaat naast bijna weg-bezuinigde jeugd-gezondheidszorg.

 

Hierna volgen de artikelen waaruit ik een samenstel maakte….

 - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - -

*:

De Monitor KRO-NCRV over Vechtscheidingen op

http://demonitor.ncrv.nl/vechtscheidingen :

 

Meerdere artikelen in chronologie:

 

Scheidingsadvocaat:

‘Jeugdzorg doet niet aan waarheidsvinding’

13 december 2016, 19:40 - Odette Joosten

 

‘De wereld van de echtscheidingen wordt gedomineerd door vrouwen.’ Het zijn de woorden van Marc Sassen, echtscheidingsadvocaat die zich speciaal richt op mannelijke cliënten. ‘Er zijn voornamelijk vrouwelijke rechters betrokken bij scheidingszaken maar ook bij de instanties, zoals bureau Jeugdzorg, werken vooral vrouwen. En deze vrouwelijke overmacht beïnvloedt de kansen voor de man op een goede omgang- of zorgregeling met de kinderen.’

De advocaat maakt zich vooral druk over de positie van de man als het gaat om de verdeling van de zorg voor de kinderen. Sassen: ‘Wat ik zie in de praktijk is dat het een machtsspel is. Bijvoorbeeld de vrouw wil niet dat de man nog regelmatig contact heeft met de kinderen ook al is daar geen duidelijk argument voor gegeven. Ik heb een zaak gehad waarin bureau Jeugdzorg wordt ingeschakeld en een meisje van amper 24 jaar komt dan naar de zitting om de kinderrechter advies te geven. Zonder deugdelijke argumenten of zonder zelfs mijn cliënt te hebben gesproken, wordt dan het advies gegeven om de kinderen maar niet bij de vader te laten overnachten.’

 

Waarheidsvinding

Sassen vindt dat er in dit advies niet aan waarheidsvinding is gedaan. ‘Er wordt een rapport geschreven waarbij al snel de kant van de moeder wordt gekozen zonder dat er geluisterd wordt naar vaders kant. Dit zie ik veel vaker. Dat heeft er toch mee te maken dat deze hulpverleners een andere kijk hebben op de moeder- en vaderrol. Het is schijnbaar moeilijk te begrijpen dat ook vaders hun kinderen willen zien en opvoeden.’

Aan het rapport van Jeugdzorg wordt te veel waarde gehecht in de rechtszaal, zegt Sassen. ‘Het rapport wordt door rechter serieus genomen, terwijl niet gecheckt wordt of er behoorlijk onderzoek is gedaan naar de feiten.’

 

Ingrijpende beslissingen

De rechter oordeelt uiteindelijk in bovengenoemde zaak dat de man de kinderen een middag per week bij de moeder thuis mag zien. Sassen: ‘Deze uitspraak doet de kinderrechter op basis van een rapport dat niet goed onderbouwd is. Maar er worden wel hele ingrijpende beslissingen op genomen.’

De scheidingsadvocaat noemt bureau Jeugdzorg een onbegrijpelijke organisatie. Hij vindt ook dat de rechterlijke macht veel te veel vertrouwen heeft in de adviezen die deze instantie schrijft. ‘Hoe kan het dat we in Nederland een jonge meid die net niet klaar is met haar opleiding een rapport laten schrijven en de rechter moet adviseren, waarin ze oordeelt over levens van ouders (soms van middelbare leeftijd) en kinderen en dat de rechter dit advies zwaar meeweegt in de beslissing?’

{Oproep

We willen graag verder onderzoek doen naar conflictscheidingen. We komen graag in contact met deskundigen, hulpverleners, ervaringsdeskundige opgegroeiden, kinderen en ouders die ervaring hebben en constructieve ideeën hebben m.b.t. vechtscheidingen. Hoe komt een advies of plan tot stand en wat voor dilemma’s ervaar je bij het tot stand komen van een advies? Heb je hier ervaring mee? Tip ons:   de monitor@kro-ncrv.nl }.

 

Gezinsvoogd: ‘Het is moeilijk onpartijdig te blijven in een vechtscheiding’

21 december 2016, 17:43 - Odette Joosten

              {De vraag is:  is dat zo? - Is 'waarheid', diagnostisch gemeten, de echte feiten, na eerst voorlichting verstrekken, niet nodig???}

 

‘De eerste keer dat ik bij een vader of moeder binnenkom, is meestal het huis helemaal schoon gepoetst. De ouder wil altijd laten zien dat zij beter voor het kind kunnen zorgen dan de ander.’ Het zijn de woorden van voormalig gezinsvoogd Saskia. Negen jaar werkte ze voor Jeugdbescherming Gelderland. Het merendeel van haar werk bestond uit het begeleiden van kinderen die knel zaten in een vechtscheiding.

 

Saskia reageert op het artikel over echtscheidingsadvocaat Marc Sassen. We spreken haar voor ons dossier Vechtscheidingen.   ‘Jeugdzorg doet niet aan waarheidsvinding.'   Hij vindt dat Jeugdzorg niet aan waarheidsvinding doet bij conflictscheidingen.  Saskia schrijft hierover in haar mail:

‘Wat mij opvalt in bovenstaand verhaal van advocaat Sassen is dat er wederom nergens verantwoordelijkheid wordt genomen door de ouders, voor een situatie die gecreëerd is door beide ouders' {en vaak mede door de   escalerendeniet-voorlichtende 'jeugdzorg' of gezinsvoogdij en Raad}.

 

Kind in de knel 

Als De Monitor contact met haar opneemt, vertelt ze dat je als gezinsvoogd tussen twee vuren terechtkomt. ‘Het is een worsteling om meervoudig onpartijdig te blijven,’ vertelt ze. ‘Als ik in het gezin kom dan is mijn taak om samen met ouders de ontwikkeling van het kind in goede banen te leiden. Doordat een scheiding zo uit de hand gelopen is, komt een kind in de knel te zitten tussen de ruziënde ouders.   Ik moet zorgen dat er een manier gevonden wordt om met elkaar het beste te doen voor het kind.’

'Maar dat valt niet mee,' zegt ze. ‘De ouders hebben er vaak de mond vol van dat ze juist in het belang van het kind handelen en ze zijn daar ook echt van overtuigd, maar ik zie vooral dat de ouders proberen hun gelijk te krijgen. Vaak is een ouder gekwetst en die wil genoegdoening.   Ik krijg altijd een bak met ellende te horen over de reden van de scheiding en het aandeel van de ander daarin natuurlijk.’

 

Bewijsdrang

Volgens Saskia spelen twee zaken  een belangrijke rol in een hoog opgelopen conflictscheiding. ‘Bewijsdrang is het eerste probleem. Wie is de beste ouder? Zowel moeder als vader doen er alles aan om aan mij te laten zien dat ze de beste ouder  zijn, maar vooral ook waarom de andere ouder niet goed voor het kind kan zorgen. Het tweede probleem dat meestal speelt is wraak. Jij hebt mij pijn gedaan dus nu ga ik jou pijn doen’.  {Waar de 'jeugdzorg' de ouders doet denken dat ze zich als 'de beste ouder' moeten bewijzen, vraag je om afzetten tegen de andere ouder, met de beweringen}.

Op de vraag of het mogelijk is om in deze situatie aan waarheidsvinding te doen, antwoordt ze stellig. ‘Nee, ik doe niet aan waarheidsvinding en dat is niet mogelijk. Ik ben nergens bij geweest dus ik weet niet of dat wat uit de mond van een moeder komt de waarheid is of andersom. Ik moet als gezinsvoogd ook niet mijn tijd en energie besteden aan het zoeken naar een waarheid die er misschien ook helemaal niet is. Ik moet er zijn voor het kind en de belangen van het kind goed in de gaten houden.’

 

Drie huizen 

Maar hoe weet je wat de belangen en behoeftes van een kind zijn?  Saskia: ‘Wij worden getraind als gezinsvoogd om met kinderen te kunnen praten. Wat ik vaak doe is samen met het kind tekenen. Dan vraag ik het kind om drie huizen te tekenen. Een huis met vervelende dingen, een huis met positieve dingen en een droomhuis. Hieruit kan je al veel opmaken. Wat mij opvalt is dat kinderen bijna altijd behoefte hebben om contact te houden met hun beide ouders. Ook al is die ouder niet altijd de beste opvoeder.   Een kind is altijd   loyaal   aan beide ouders.   En uit onderzoek blijkt ook dat een het trauma van een kind dat geen contact meer heeft met zijn levende biologische ouder groter is dan het verlies van een ouder door overlijden.’  {Denk aan hun uithuisplaatsbeleid zonder diagnostiek!}

Saskia werkte negen jaar als gezinsvoogd. Ze is net gestopt.   Door de decentralisatie van de Jeugdzorg, waardoor gemeentes verantwoordelijk zijn geworden voor de zorg, is de werkdruk enorm toegenomen en ook de vechtscheidingen verharden.   Saskia: ‘Wat ik ook regelmatig heb gezien, is dat er steeds meer wordt geschermd met persoonlijkheidsstoornissen. Moeder heeft borderline en vader is een narcist. En als dit niet werkt dan worden er valse aangiftes gedaan. Vaak vooral door moeder wordt de vader dan beschuldigd van mishandeling of, erger nog, seksueel misbruik van de kinderen.’

 

Omgangsregeling 

Op het moment dat er een aangifte wordt gedaan bij de politie wordt de omgangsregeling met de vader, lopende het onderzoek, stopgezet.   De vader ziet de kinderen dan helemaal niet meer omdat eerst de beschuldigingen moeten worden onderzocht.  ‘Als dan blijkt dat de zaak wordt geseponeerd bij gebrek aan bewijs dan wordt deze uitspraak evengoed gebruikt in de rechtszaak over de omgangsregeling',    vertelt Saskia.   ‘Ik heb meegemaakt dat de advocaat van moeders kant in de rechtszaal riep dat er wel aangifte was gedaan. En waar rook is, is vuur lijkt dan de gedachte.’    'De man in deze zaak kwam er bekaaid vanaf,' zegt Saskia.  Terwijl de gezinsvoogdij het advies had gegeven om het contact met vader en kind te herstellen. ‘Het lijkt wel alsof de rechter in deze gevallen sneller voor de vrouw kiest. Zij wordt eerder gezien als het slachtoffer. En de rechter neemt dan maar het zekere voor het onzekere.’  {En dat is   'slecht zeker' }.

De vraag of het mogelijk is om de waarheid te achter halen in een vechtscheiding beantwoordt Saskia met een tegenvraag. ‘Wat is de waarheid? Wat is waar? Wie heeft gelijk? Ik weet het niet en eigenlijk is dat ook van onder geschikt belang aan het belang van het kind. Ik kan alleen kijken naar het kind, want het kind is toch de enige onschuldige in het verhaal. Ik zie wel dat er steeds meer jonge gezinsvoogden komen. Die verjonging komt door bezuinigingen. Er worden geen vaste contracten meer afgegeven waardoor het ervaren personeel liever ergens anders aan de slag gaat waar dit nog wel een mogelijkheid is. Maar de vraag is wel of ze al genoeg ervaring hebben om onpartijdig te blijven en zich te kunnen verplaatsen in de positie van de ouders. Om overeind te blijven in een moddergevecht tussen twee ouders.’

Saskia is niet de echte naam van de gezinsvoogd. De naam is bij de redactie bekend.

 

Pleidooi van kind in vechtscheiding:

‘Als kind heb je sowieso niets te vertellen’

10 januari 2017, 9:00 - Marjolein Schut

 

Tot hij 12 jaar was moest (ex-kind en) tipgever Serge Barthel (nu 51) tegen zijn zin bij zijn vader wonen.  Zijn ouders waren verwikkeld in een nare scheiding en dat leidde destijds tot een zeer onwenselijke situatie voor hem en zijn broer.  Bij wie híj wilde wonen, werd hem nooit gevraagd.  Pas toen hij 12 werd jaar kreeg hij het recht om door de kinderrechter gehoord te worden en mocht hij bij zijn moeder gaan wonen.  Kinderen worden in zijn ogen nog steeds te weinig gehoord.   Ook hij schrijft ons voor in het dossier   Vechtscheidingen    een emotioneel pleidooi.

 

“Er wordt over dit onderwerp veel gesproken door ouders en door allerlei ‘deskundigen’. Er wordt vaak gezegd dat men handelt in het belang van het kind. Maar jullie zijn geen van allen deskundig of objectief als het gaat om het perspectief van het kind.

Mijn ouders zaten in 1973 in een vechtscheiding. Ik was toen acht jaar. Ik kan jullie vertellen dat je als kind sowieso niets te vertellen hebt. De discussie zou heel anders worden als kinderen die de dupe zijn van een vechtscheiding een stem zouden krijgen. Sterker nog, de stem van de kinderen moet centraal staan, niet die van de ouders en de hele santenkraam er om heen.

 

Er wordt in de commentaren op Facebook (op artikelen van De Monitor, red.) gesproken over ouders met narcistische en borderline persoonlijkheidsstoornissen. Zelf heb ik een vader met een narcistische stoornis. Daar waar vaders vaak klagen dat ze aan het kortste eind trekken, wist mijn vader het hele rechtssysteem moeiteloos naar zijn hand te zetten. Mijn moeder had geen middelen, dus geen goede advocaat. Dan weet je eigenlijk al hoe de strijd gaat aflopen.

 

Ik geloof de mensen die zelf in een vechtscheiding zitten en die hun verhaal doen ook niet. Noch de vader noch de moeder. Al is je verhaal nog zo mooi. Zelfs als het klopt wat je zegt: het doet er niet toe! Zolang ik jou te spreken krijg en niet je kinderen zelf, vertrouw ik jou voor geen cent. Je kunt iedereen alles wijsmaken. Het ligt altijd ‘aan de ander’. Dat is de gruwel die je als kind moet meemaken bij een vechtscheiding: beide ouders presenteren zich als slachtoffer. De rest van hun leven {indien dezen geen juiste voorlichting bekomen}.

Zolang een ouder zich presenteert als slachtoffer, is er niets geleerd. Dan draait dus alles weer om de ouder en niet om het kind. En dat is nu juist het probleem!

De oplossing van een opgegroeide:

Ik ga iets vertellen over waar ik de oplossing zou zoeken.

Als je getrouwd bent, zit je feitelijk met twee kapiteins op één schip. Zolang je met één mond spreekt, heb je gezag. Doe je dat niet, dan verlies je je gezag.

Feitelijk moet dan iemand anders dit gezag helpen terug te brengen en ondersteunen. Een beetje hulp bij de opvoeding kan geen kwaad. Maar als je echt geen gezamenlijke afspraken kunt maken en je daar aan kunt houden, moet iemand anders misschien het gezag overnemen.

Ik ben tegen het toekennen van het gezag aan één ouder, tenzij er sprake is van kinderen die aantoonbaar gevaar lopen. In alle andere gevallen dien je er als ouders gezamenlijk uit te komen. Desnoods word je samen een maand lang in een hok opgesloten totdat je het met elkaar eens wordt.

 

Sorry, maar als aartsvijanden in de politiek kunnen samenwerken, dan kunnen jullie dat ook. Wees volwassen! Het gaat niet om het gelijk van de 1 of de ander, het gaat om een gezamenlijk besluit dat je in bijzijn van een derde kan nemen, dat aantoonbaar goed is voor de kinderen. Met instemming van de kinderen zelf! Jouw persoonlijke levensvisie doet er niet meer toe. Jouw persoonlijke gevoelens net zo min. Dat stadium is al lang voorbij.

Ouders klagen vaak over de problemen die ze met elkaar hebben. Ik zeg jullie: die problemen die jullie met elkaar hebben, of de één de ander bedrogen heeft, of dat de ander knettergek is in jouw ogen, dat alles doet er niet toe. Los het met elkaar op.

Als kind heb ik daar niets mee te maken. Het zijn niet mijn problemen en ik heb ze niet veroorzaakt. Trouwens, jullie zijn wel de laatsten op deze aarde die iets objectiefs over de ander kunnen vertellen, jullie zijn ongeloofwaardig. Alleen als een neutrale buitenstaander iets kan vaststellen over jullie, is het een betrouwbare waarheid. Ik herhaal: zolang jullie strijden, hebben jullie geen gezag meer.

 

Ik ben er een voorstander van dat kinderen een eigen advocaat krijgen. Dat moet wel een pedagogisch onderlegde advocaat zijn, die in staat is om uit te vinden wat de wens is van de kinderen zelf. De advocaat verdedigt het belang van de kinderen, dat altijd doorslaggevend is, en de ouders maken op die basis een gezamenlijke afspraak. Deze afspraak moet ieder jaar opnieuw geëvalueerd worden, de situatie kan namelijk tussentijds veranderen.

Bedenk dat kinderen meestal wel weten wat ze willen en wat ze niet willen. Kinderen worden altijd onderschat, en dat is ziekmakend. Ze hebben wel degelijk een mening, maar krijgen nooit de kans om het te zeggen. Omdat alles onder druk staat. Daarom moet er dus iemand zijn die een gesprek met ze voert waar de ouders niet bij zijn. Zodat hun verhaal nu eens op de voorgrond gaat staan, en niet dat van jullie.’

 

Echtscheidingsadvocaat:

‘Waar 2 vechten hebben niet altijd 2 schuld’ (?):

25 januari 2017, 15:06 - Marjolein Schut

 

Dat is de stellige overtuiging van Jolande ter Avest, advocaat  van Schoolplein Advocaten in Utrecht.  Zij meldt zich bij De Monitor voor ons   dossier Vechtscheidingen.     In haar praktijk ziet zij regelmatig cliënten die hun kinderen niet of nauwelijks zien omdat een ex-partner de omgang blokkeert. Hoe gaat zij om met ouders, die misschien wel ten onrechte, beweren dat de ander een slechte ouder is? En hoe waak je er zèlf als advocaat voor om bij vechtscheidingen niet nog meer olie op het vuur te gooien?

 

Ter Avest treedt regelmatig op in echtscheidingszaken waar de conflicten hoog oplopen. ‘Ik probeer cliënten mee te geven zo min mogelijk de strijd aan te gaan na een scheiding, maar niet alle ouders zijn daartoe in staat. Vooral onder hoogopgeleiden is de strijd grimmig.  Zij zijn vaak beiden heel mondig. Ik vertel ouders altijd: ‘U moet de minst belastende ouder zijn. Denk aan wat er met de kinderen gebeurt!’

(Lees ook: Moeder weigert kinderen mee te geven aan vader ).

 

Valse beschuldigingen

‘Ik zie in mijn praktijk regelmatig ouders die hun kinderen benadelen. Soms doen zij dingen waar ik helemaal geen weet van heb, zoals aangifte doen tegen de andere ouder. Ouders gaan ver in het diskwalificeren van de andere ouder.’ Soms zo ver dat ze valse beschuldigingen doen, vertelt de advocaat. ‘Als ik dit soort dingen zie gebeuren, dan stop ik met zo’n zaak.’ Ter Avest weigert ook cliënten. ‘Als ik benaderd wordt door iemand die al een dossier heeft van een halve meter en waar heel veel strijd is geweest om 1 kind of over een geldbedrag van 10.000 euro. Dan gaat het vaak om vechten om het vechten.’

 

Sommige ouders proberen door manipulaties de situatie volledig naar hun hand te zetten. Volgens Ter Avest is in zo’n 20 procent van de vechtscheidingen die zij behandelt sprake van pathologie van 1 van de partners. ‘Maar ik geloof zéker niet dat alle vrouwen borderliners zijn en alle mannen narcisten. Wat je moet onderscheiden is of iemand gekke sprongen maakt door de scheiding of is er écht iets met iemand aan de hand.’ Maar hoe weet je nou als advocaat of het verhaal van je cliënt op waarheid berust? ‘Dat is lastig. Ik ben ook gehandicapt als advocaat. Advocaten mogen niet met kinderen praten zonder toestemming van beide ouders. Je hoort het verhaal bijna altijd van 1 kant.’

 

Ouderschapsplan 

Ook het in 2009 verplichte ouderschapsplan brengt volgens Ter Avest weinig verbetering. Iedereen die gaat scheiden, zowel gehuwden als ongehuwde partners, moet tegenwoordig een ouderschapsplan voorleggen aan de rechter.  Daarin staan afspraken over onder andere de kinderalimentatie, de opvoeding en de zorg.   Het ouderschapsplan is bedoeld om conflicten te verminderen, maar juist bij ouders in een conflictscheiding werkt het vaak escalerend.   Bij deze ouders is er zoveel strijd dat elke vorm van overleg weer tot nieuwe conflicten leidt.   ‘Voor ouders die elkaar de tent uitvechten werken de eisen van het ouderschapsplan averechts. De grimmigheid zit ‘m vaak bij de alimentatie.’

‘Dit soort ouders kan het nog niet eens worden over de keuze van een huisarts voor de kinderen. Zij bijten zich volledig vast in hun gelijk.’   {Feit is dat dit soort ouders zich niet goed hebben laten voorlichten wat ze hun o zo geliefde kind aandoen, en dat doe je bij een echte specialist, niet bij 'jeugdzorg'}.

 

Fiftyfifty 

Het ouderschapsplan werkt dus niet in situaties waar ouders niet meer in staat zijn om met elkaar te overleggen. Wat zou er verder gedaan kunnen worden aan scheidingen die zo uit de hand lopen? Ter Avest: ‘Het zou goed zijn als we naar een systeem gaan waarbij sowieso alle ouders voor 50 procent verantwoordelijk zijn voor de zorg en opvoeding. Dan draai je in feite de huidige situatie om. Alleen ouders die willen scheiden en willen afwijken van die verdeling moeten dan naar de rechter als ze het niet eens worden. Een fiftyfifty-verdeling zou de strijd om de kinderen kunnen temperen.’   {Het   pseudowetenschappelijk  of juridisch willen   afschaffen   van een   omgangsregeling,   waar feitelijk    onervaren  ondeskundigen en 'jeugdzorg' voor lijken te pleiten,   werkt   naar  latere   problematiek   voor de opgroeienden,  en mag geen  'zorg'   heten!}.

 

 ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------